Durf jij te luisteren naar jezelf?

Durf jij te luisteren naar jezelf?

Durf je te luisteren naar jezelf?

Innerlijke stem

Je innerlijke stem is een waardevolle gesprekspartner. Door er naar te luisteren, heb je meer controle over je gedrag: je kunt verleidingen beter weerstaan en neemt verstandigere beslissingen. Dat blijkt uit een heel simpel experiment. Onderzoekers lieten proefpersonen snel achter elkaar keuzes maken. Als de proefpersonen een woord voortdurend hardop moesten herhalen, kozen ze vaker verkeerd. Ze konden niet meer luisteren naar hun innerlijke stem.

Je wilt wat graag afvallen. In de supermarkt loop je langs het schap met snacks. De zak met je favoriete paprikachips staart je aan. Laten liggen, denk je. Pak je hem toch?

Je irriteert je aan afval op straat. Voor je gooit iemand een leeg pakje sigaretten op de grond. Zeg je er wat van? Raap je het op en gooi je het weg?

 

We hebben allemaal onze eigen principes en waarden. Maar lang niet altijd houden we ons daaraan. We durven onszelf niet uit te spreken of laten ons meevoeren door het gedrag van anderen. We leggen onze innerlijke stem het zwijgen op. Wat betekent dat? Wat zegt dat over jezelf?

 

Ik wilde maar één ding
Verhaal van zuster Marceline

‘Ik wilde maar één ding’

Net als al haar medezusters beloofde zuster Marcelline gehoorzaam te zijn. Tegelijkertijd wist ze heel goed wat ze wilde en dat was lang niet altijd wat haar opgedragen werd. Dus ging ze in discussie. Met effect. “Ik heb kunnen doen wat ik wilde.”

Marcelline was graag thuis. “Om vakantie gaf ik niets”, zegt ze. “Ik had snel heimwee.” Maar wat ze het liefst wilde doen, kon niet vanuit huis. “Ik wilde dienend zijn, klaarstaan voor de medemens. Maatschappelijk werk bestond nog bijna niet in die tijd. Het klooster was de enige mogelijkheid.” Een grote stap, al was het maar omdat ze haar ouders nauwelijks nog zou zien.

‘Ga van het leven genieten’

Een pater met wie ze over haar toekomst sprak zei: “Ga van het leven genieten, dan weet je wat er te koop is. Als je daarna besluit het klooster in te gaan, weet je dat dat voor jou de juiste keuze is.” Niet veel later zwierf Marcelline met een vriendin tot in de kleine uurtjes over de kermis. Ze kwam een jongen tegen die haar leuk vond. Thuis zaten alle deuren op het nachtslot. Toen haar vader opendeed zei hij met een sneer: “Ben jij er een die het klooster in wil?” “Die opmerking heeft me zoveel pijn gedaan”, zegt Marcelline ruim vijftig jaar later. “Die jongen vond ik maar niks. Ik wilde maar één ding: intreden.”

Als zuster was haar eerste opdracht om op een meisjesvakschool naailes te geven. “Je werd er gewoon voor gezet. Je deed het gewoon.” Daarnaast moest ze waken bij zieken en doden afleggen. Dat was iets waar zuster Marcelline zich totaal niet goed bij voelde. “Ik had er veel schrik van.” Tegelijk had ze bij haar intreden wel beloofd te doen wat haar gevraagd werd. Toch stapte ze naar het bestuur en zei: “Als ik dit werk moet blijven doen, treed ik uit.”

Zuster Marcelline werd overgeplaatst naar het klooster van de Franciscanessen in Benedenleeuwen. Ook daar gaf ze naailes. Het waren niet de makkelijkste kinderen. “Als ze iets moesten doen wat ze niet leuk vonden, waren ze bijna niet in bedwang te houden.” Met trucjes die ze zichzelf aanleerde, wist ze het toch leuk te houden voor zichzelf en voor de kinderen. “De leerlingen kennen me allemaal nog”, lacht Marcelline.

Afgebrand

Benedenleeuwen ging dicht toen het klooster afbrandde. Marcelline maakte het schooljaar nog af; met een paar andere zusters sliep ze een halfjaar in een klaslokaal. Daarna werd ze naar Oirschot gehaald. “Daar vonden ze dat ik opnieuw opgevoed moest worden. Ik leefde van plezier en lol, zeiden ze… Dat vond ik vreselijk. Ik werd behandeld als een klein kind. ” Ze ging opnieuw in discussie met het bestuur. Het leidde er uiteindelijk toe dat ze leiding ging geven in het internaat. Maar wel op haar eigen voorwaarden. “Ik wilde in het klooster slapen, niet in het internaat. Ik wilde de oudste groep hebben, met die kinderen kun je tenminste wat. Ik wilde een naaimachine. Ik heb het allemaal voor elkaar gekregen.”

Dat zuster Marcelline luisterde naar zichzelf en voor zichzelf opkwam, maakte dat ze haar werk vol overgave deed. “Ik wilde jongeren de weg wijzen op een manier die ze begrepen. Er was een meisje dat ’s ochtends veel te laat uit bed kwam. Daardoor miste ze het ontbijt. Straf hielp niet. Ik heb haar toen een heerlijk ontbijt op de kamer gebracht. Ik zei: ‘Dit is allemaal voor jou. Als je op tijd opstaat, heb je dit iedere dag.’ Ze is een van mijn beste vriendinnen geworden. Ik zie haar nog steeds en dan vertelt ze me dit verhaal.”

Dat veel mensen het tegenwoordig moeilijk vinden om er achter te komen wat ze willen, snapt zuster Marcelline heel goed. “Er zijn zoveel mogelijkheden. Maar je moet er zelf iets van maken. Ik heb mijn keuzes goed overwogen. Ik ben er trots op dat ik dit heb gekund. Maar ik kon er ook niet omheen. Dit zat in me.”